Verfproducten bestaan uit drie belangrijke basisingrediënten; bindmiddel, oplosmiddel en pigment. Er zijn verschillende soorten bindmiddelen zoals bijvoorbeeld acrylaat, alkyd en polyurethaan. Vaak worden ook combinaties van bindmiddelen toegepast die een verfproduct specifieke eigenschappen geven, zoals dampdoorlatendheid, hardheid of flexibiliteit. Traditioneel wordt bij een oplosmiddel vaak gedacht aan een vluchtige organische stof (VOS), zoals terpentine, waarin het bindmiddel is opgelost. Bij moderne watergedragen verfsystemen fungeert water als het ware als oplosmiddel. De term "oplosmiddel" moet daarbij niet al te letterlijk worden genomen. Water fungeert meer als drager van het bindmiddel, vandaar de term "watergedragen" verven. Naast water bevatten dergelijk systemen vaak ook lage concentraties vluchtige organische stoffen die nodig zijn om de natte verf bijvoorbeeld beter te laten vloeien en beter in te laten dringen in hout. Pigmenten geven een verfproduct kleur en kunnen organisch of anorganisch zijn. Een belangrijk anorganisch pigment is titaandioxide. Deze stof geeft verf een witte kleur.
Naast de drie belangrijke basisingrediënten bevatten verven vaak nog een aantal toeslagstoffen of additieven die nodig zijn om het product goed te kunnen verwerken en vulstoffen om de droge verffilm meer "body" te geven. Kwalitatief mindere verven hebben vaak een hoog gehalte aan vulstof, bijvoorbeeld krijt, en zijn daardoor niet geschikt voor buitentoepassingen en soms zelfs ook niet voor een afwerking met een watergedragen verfproduct. Bij importproducten die in het land van oorsprong al behandeld zijn met een grondverf is daarom altijd voorzichtigheid geboden. Door toepassing van veel vulstof is vaak al een behoorlijk hoge laagdikte opgebouwd die dan helaas van een zeer matige kwaliteit is.